Meer dan 10 jaar rijd ik samen met een goede vriend naar Essen. Ik zou het gerust een soort ritueel durven noemen. Vroeg in de ochtend in een nog kil donker België vertrekken. De eerste streepjes winter zijn voelbaar als ik haastig nog eens check of ik die uitgeprinte inkomtickets wel heb meegenomen. Zoals steeds zijn ze even onvindbaar, tot ik besef dat ik ze in een logische plaats wegstak. Ik heb zo mijn nuchtere momenten denk ik dan maar. Elk jaar probeer ik ook een lijstje te maken van booths die ik wil bezoeken. Ik weet het…in het moderne app-tijdperk zijn daar handige tools voor, maar zo’n gekreukt papiertje doordrongen van het zenuwachtig zoeken naar een onlogisch genummerde stand…het heeft iets. Noem me gerust oldskool. Even goede vrienden.
Ondertussen hebben we de meest ideale parkeerplaats gevonden om de beurs te bereiken, na jaren van klamme miserie. Dat scheelt. Als werd onze fluister-route deze keer bijna opgeblazen door een overijverige verkeersagent die ons verbood verder te rijden. Strategisch negeren leek ons de enige kans om toch op een leefbaar uur de Messe te bereiken, dus staarden we me verwarde blikken genre “verdwaalde Oost-europese handelsreiziger” door het raampje van mijn Opel Astra en konden we alsnog ons parkeer-paradijs bereiken. Je moet er iets voor over hebben.
Zoveel is duidelijk.
Dit jaar had ik me voorgenomen om geen uitgevers met proto’s af te lopen. Steeds een zenuwslopende sprint door zalen waarbij je door de jungle van mensen als een verdwaasde avonturier een weg baant omveel te laat op de afspraak aan te komen. “Nee dank U” was de afspraak met mezelf. Dit jaar wil ik genieten. Rondslenteren en alles op me laten inwerken. En misschien zelfs hier en daar iets spelen.
Hoe meer ik echter Essen aandoe, hoe meer ik tot de vaststelleing kom dat Essen toch vooral geschikt is als beurs voor aankopen.
Maar toch, een spel spelen in Essen blijft voor mij 3 op 4 keer een teleurstelling. Een beursgebouw met slechte akoustiek waar een enorme geruis van een drukke mensenmassa jouw constant omgeeft is geen ideale locatie.
Ik glimlach altijd vol begrip naar de regel-booth-girl van dienst dienst die in warrig engels me een veel te ingewikkelde uitleg toestop. Maar onze werelden werken in deze drukte nu eenmaal niet samen. Dat veel van deze “hired guns” het spel maar oppervlakkig kennen en vaak cruciale regels vergeten te vermelden helpt niet. Kortom, spellen ontdek je thuis in alle rust…niet in het de buik van de Messe, die dichtgeplamuurd is met een gonzende mensenmassa.
De hypes laat ik fijn aan me voorbijgaan. Toegegeven, dat heeft me 2 maanden training in een Tibetaans klooster gekost bij een zeer geduldige leermeester (merci Tashi!), maar het maakt een leven heel wat makkelijker.
Essen is dus vooral een speelse dwaaltocht waarbij ik me wil laten verrassen door kleine charmante standjes van nog veel kleinere uitgevers, die verdwijnen tussen het grote geweld van de Ravensburgers van deze wereld.
Uitgevers die moedig hun kindje tonen aan een veelal voorbijwandelende massa
Even voel ik dan die oprechte schoonheid die ik sterk herken…die kleine wonderlijke reis van een spel in een doosje dat ooit op een ontwerptafel lag en nu aan een reis begint door een overbevolkt spellenland.
Dat kleine met veel liefde in elkaar gestoken spelletje moet nu opboksen tegen het visuele geweld van grote banners van nog veel grotere uitgevers die met meer budget en personeel de kleintjes professioneel wegblaast.
Je voelt nog de overmoed van de beginnende uitgever die met veel oprecht enthousiame je wil doen begrijpen dat hij iets moois in dat doosje voor je heeft klaarliggen.
En soms is dat ook zo. Dan gaat de oorverdovende ruis van de volgepakte zaal even liggen en verdwijn je samen met de uitleg in dat kleine universum uitgespreid op een veel te krap tafeltje.
Wat me meer en meer opvalt is de aandacht die kleine uitgevers besteden aan vormgeving. Ik zag weerom prachtige spelletjes, die blonken als kleine diamantjes tussen de nietszeggende dozen van de grotere conservatievere uitgevers diespelen op drukke en “veilige” covers. Oogstrelende koester-objecten die ik in mijn verstrooidheid plompweg vergat te fotograferen met mijn nochtans schiet-klare Iphone zodat ze nu verdwijnen in de jungle van het verre Brazilië, en ze dus waarschijnlijk voor altijd onvindbaar zullen blijven. En dan steeds die mijmering…had ik ze maar aangeschaft. Die romantiek is ook een beetje Essen.
Spijt komt altijd te laat. Zeker in een Duitsland, vervult met roestige kleuren geschonken door de herfst.
Essen is meer dan spellen. Het is sfeer. De geur van het ontbijt in een hotel buiten de stad. De aandoenlijke warmte van het Taiwanese bordspel-team die heel bescheiden je een zakje toestoppen met een grappig metalen muntje waarop een konijntje je dwaas aankijkt.
Het wonderlijke zicht van de monorail die in Wuppertal tussen de oude fabrieken door zich een weg baant in een route die in mijn slordige jongensfantasie eindigt in Essen.
En bovenal is het die onoverzichtelijke zee van kleine standjes in minder bevolkte zalen die me naar Essen lokt. Want stiekem hoop je tussen al die zielloze biedingsspelletjes dat ene obscure pareltje te ontdekken verscholen in de donkerte van meer dan 1000 releases.
Als ik aan het einde van de dag met de wagen uit de parkeerplaats rij, de onverbiddelijke nacht in richting thuisland, zie ik in mijn achteruitkijkspiegel een jonge vrouw met een bijzonder klein zakje wandelen in de regen.
Ze heeft blijkbaar slechts 1 spelletje gekocht wat ze zorgvuldig heeft ingepakt, zodat het water wat over ons wordt uitgestort door grauwe wolken boven de stad het kwetsbare kartonnen wonder niet kan bereiken. Op haar gezicht ontwaar ik een tevreden glimlach die verdwijnd in de fonkelende lichten van wegrijdende auto’s. Ik weet gewoon dat ze dat kleine spelletje heeft gevonden in de vergelegen zaal die helaas niet voorkwam op mijn eigen lijstje. Ze zal het nu meenemen naar haar kleine huisje dat uitkijkt op de wat troosteloze binnenstad en het spelen met haar geliefden zodat er een klein beetje van die Braziliaanse jungle door her Rijngebied ruist.
Er zal gelach weerklinken en gezelligheid. En dat is ook een beetje Essen. De belofte om even de wereld rond je te vergeten, en te verdwijnen in het universum van een spel.
Dank je Essen. Je was weer een bijzonder trouwe vriend. Volgend jaar zie ik je ongetwijfeld weer.